De keuze van het Heilige-Drievuldigheidscollege in Leuven om Arabisch toe te voegen aan het curriculum voor het zesde jaar van de richting moderne talen wordt gezien als een innovatieve stap.
Deze stap, onlangs aangekondigd via Mediahuis-kranten, sluit aan bij bredere veranderingen in het secundair onderwijs, waarin scholen meer flexibiliteit krijgen in het invullen van hun lesroosters.
Door Arabisch op te nemen in het lesprogramma, als onderdeel van deze modernisering, heeft het college ervoor gekozen om het vakkenaanbod voor moderne talen op een andere manier te benaderen.
De nieuwe structuur biedt ruimte voor minder traditionele vakken, in tegenstelling tot de eerder vastgestelde vakken zoals Latijn, economie of wiskunde.
Deze aanpassing stelt scholen in staat om een divers programma aan te bieden dat het intellect van leerlingen prikkelt en hen voorbereidt op een wereld die voortdurend verandert.
Volgens Frank Baeyens, de directeur van het Heilige-Drievuldigheidscollege, is het uiteindelijke doel van deze veranderingen: “Om onze studenten zo goed mogelijk voor te bereiden op de wereld van morgen.”
Niet met als doel om de leerlingen vloeiend Arabisch te leren spreken, maar om hen te laten kennismaken met een compleet andere taal.
“Het gaat om het aanbieden van een taal die qua structuur, schrift en tekens compleet anders is, en die daarmee ook filosofisch en cultureel uitdagend is,” zo legt Baeyens uit. “We willen hun horizon verbreden.”
De introductie van Arabisch is niet alleen een intellectuele uitdaging, maar ook maatschappelijk relevant, benadrukt Baeyens.
In een samenleving die steeds diverser wordt, kan het leren van een taal als Arabisch helpen om culturele grenzen te overstijgen en bruggen te slaan tussen verschillende gemeenschappen.
Bovendien kan deze toevoeging waardevol zijn voor leerlingen die thuis Arabisch spreken, omdat het onderwijs de kans biedt om de taal op academisch niveau verder te ontwikkelen en te gebruiken.
Baeyens hoopt ook dat de school een leraar die Arabisch spreekt kan aannemen. “Het zou fantastisch zijn als we een leraar met een Arabische achtergrond kunnen aanstellen,” zegt hij.